De meteorologische lente bestaat uit de volledige drie maanden maart, april en mei. De gemiddelde temperatuur tijdens deze periode lag in Wichelen met 11,4° anderhalve graad boven het langjarige gemiddelde van 9,9°. Hiermee komt de lente van 2018 in een rijtje bij de zachtste lentes sinds 1901. Maart was met 5,3° tegen 6,8° koud. Met 12,9° tegen een langjarig gemiddelde van 9,5° was april zeer zacht. Mei was met 16,2° ook bijna 3 graden warmer dan gemiddeld.
Maart begon winters met vorst en een ijsdag (etmaal waarin de temperatuur niet boven het vriespunt komt). Een ijzige oostenwind maakte dat de gevoelstemperatuur begin maart rond -12° lag. De laagste temperatuur van deze lente werd op 1 maart bereikt met een minima van -3,1°. Op 4 maart viel de dooi in en werd het geleidelijk vrij zacht. In het weekeinde van 17 maart keerde de winter nog even terug. Op 17 maart kwam de temperatuur overdag nipt boven nul uit. Ook de rest van de maand bleef het aan de koude kant.
April begon met temperaturen rond normaal. Eerste paasdag, 1 april, was met een graad of 8 koel. Na de eerste week kwamen we onder invloed van hogedrukgebieden boven Oost- en Noord-Europa. Er volgde een langdurige periode met zacht tot zeer zacht weer. De eerste warme dag (maximum temperatuur 20,0 °C of hoger) van het zomerseizoen werd 
op de zevende april genoteerd. De eerste zomerse dag (maximum temperatuur 25,0 °C of hoger) volgde op 18 april. Normaal komt in april één zomerse dag voor, nu waren het er vier.
Mei was met een gemiddelde temperatuur van 16,2° één van de warmste meimaanden in minimaal 3 eeuwen. Vrijwel de hele maand was het warmer dan normaal. Alleen aan het begin van de maand en op een aantal dagen in de tweede decade lag de etmaalgemiddelde temperatuur wat beneden normaal. Er waren maar liefst 10 zomerse dagen. De laatste tien dagen van mei waren uitzonderlijk warm. De hoge luchtvochtigheid maakte dat het broeierig warm was. De hoogste temperatuur deze lente werd gemeten op 28 mei met een maxima van 28,9°
In de lente van 2018 viel 150 mm regen tegen normaal 169 mm. Maart en april verliepen op regengebied vrij normaal maar mei was met 19 mm tegen normaal 61 mm zeer droog. In de koude maartmaand viel enkele malen sneeuw. Op 3 maart bleef die zelfs nog even liggen. April begon plaatselijk met flinke buien, maar daarna was het vaak droog. Mei verliep grotendeels droog met op een enkele dag een lokale bui. In de laatste week waren er onweersbuien maar grote regenhoeveelheden kreeg Wichelen niet te verwerken. De lente was normaal zonnig met 506 zonuren wat perfect overeenkomt met het normale uren zon. In maart en april scheen de zon iets meer dan het normale aantal uren, terwijl mei zeer zonnig was. In maart en april scheen de zon wat minder maar mei maakte het aantal zonuren meer dan goed.