Het lengen van de dagen


In februari zien we duidelijk dat de zon langer begint te schijnen. De dag met het langste daglicht is uiteraard nog lang niet in zicht, maar de periode met daglicht is wel weer aan het lengen. En ‘als de dagen lengen gaan de nachten strengen’, zegt de volkswijsheid. 

De zon schijnt langer en krijgt voelbaar meer kracht in februari. Toch vallen volgens de klimatologie de koudste dagen in deze maand. Dit komt doordat de aarde werkt als een soort reservoir voor de zonnewarmte. Gedurende de zomermaanden slaat de aarde de warmte op in de buitenste aardlagen. Doordat de dagen lang zijn en de zon veel kracht heeft krijgt de aarde weinig tijd om ’s nachts de warmte af te voeren. De buffer die in de zomermaanden is opgebouwd, is de aarde dan ook niet zomaar kwijt. In de loop van de herfst en winter, als de dagen korter worden en de zon minder kracht krijgt, loopt dit warmtereservoir langzaam leeg.

Kou heeft hierdoor meer vat op de onderste luchtlagen van de atmosfeer. De dagen mogen dan wel iets langer worden, de nachten zijn nog steeds vrij lang. Daarbij heeft de zon nog relatief weinig kracht. Het kantelpunt vindt plaats rond maart of april. De dagen zijn dan weer langer dan de nachten en de zon heeft weer genoeg kracht om de aarde langzaam maar zeker te voorzien van een warmtevoorraad.

De komende maanden profiteren we steeds sneller van steeds meer daglicht. In maart komen er iedere dag zelfs 4 minuten daglicht bij! Dat de dagen zo snel lengen komt onder andere door de stand van de aarde ten opzichte van de zon. De snelste verandering vind plaats rond 21 maart en 23 september. Niet alleen de stand van de aarde ten opzichte van de zon bepaalt hoe licht het is. Ook de hoeveelheid wolken kan de daglichtperiode voor het gevoel korter maken.