Dinsdag 28 juni was er bijna sprake van een wolkbreuk in gemeente Wichelen. Er viel toen 20,1 liter regen per m² tussen 22u en 23u. Een wolkbreuk is een enorme plensbui die in korte tijd een gebied onder water kan zetten. In een warm klimaat is zo’n hevige bui veel gewoner dan in ons gematigd Belgisch zeeklimaat. Het is evenwel niet omdat het hard regent dat je altijd over een wolkbreuk kan spreken wat in de media te pas en ten onpas voorkomt.
Een bui, waarin het zo hard regent dat er in 5 minuten tijd 10 liter regen per m² of meer valt wordt een wolkbreuk genoemd. Als deze intensiteit een uur lang aanhoudt zou er 120 liter kunnen vallen. Ook bij een uursom van 25 liter of 
hoger wordt de regenval als wolkbreuk geboekt. Het zicht loopt tijdens een wolkbreuk terug tot soms minder dan 200 meter. In een wolkbreuk stort de neerslag zich snel naar beneden. De vallende regendruppels in de wolk koelen namelijk af door verdamping van het water uit de druppel. Hierdoor wordt ook de omringende lucht koeler en zal ze op een bepaald moment zwaarder worden dan de omgevende lucht. De lucht in de wolk zal nu dalen, in plaats van stijgen. Hierdoor krijgen de waterdruppels door de omlaag stortende koudere lucht een grotere versnelling mee en vallen ze nog sneller naar beneden. Dit proces zien we heel duidelijk bij zeer goed ontwikkelde cumulonimbuswolken, de buienwolken bij uitstek.
Een willekeurige plek in België krijgt gemiddeld eens in de tien jaar een wolkbreuk te verwerken. Vrijwel jaarlijks komt er wel ergens in het land een wolkbreuk voor. De laatste keer dat er in onze gemeente sprake was van een wolkbreuk was op 5 juli 2012. Wanneer het weinig waait en de buien lange tijd boven een bepaald gebied blijven hangen of een serie hevige buien overtrekt kunnen er vooral ‘s zomers aanzienlijke hoeveelheden regen vallen. Een willekeurige plaats in België krijgt ook eens in 10 jaar in 24 uur een hoeveelheid van meer dan 50 mm te verwerken.