Tussen 1960 en 1990 registreerden we in België slechts 3 hittegolven. De voorbije 30 jaar kenden we er maar liefst 23. Een duidelijke stijging dus. Bijzonder was het jaar 2019 toen er 3 hittegolven waren tijdens de zomer. We noteerden dat jaar ook de hoogste temperatuur ooit in België gemeten.
Als gevolg van de klimaatopwarming neemt dus het aantal hittegolven toe. De laatste jaren echter neemt niet alleen hun frequentie toe (minstens 1 hittegolf per jaar sinds 2015) maar ook hun duur (+2 dagen per decennium) en hun intensiteit (+ 1 °C/dag per decennium). Deze opwarmingstrend komt ook tot uiting in de extreme waarden. In de zomer van 2020 hebben we een hittegolf meegemaakt die maar liefst 12 dagen duurde (5-16 augustus), waarbij in Wichelen maximaal 35,2 °C werd gemeten. Ook 2022 werd gekenmerkt door warmterecords: 19 juli 2022 was met 38,4°C de 2e warmste dag sinds het begin van de waarnemingen. (na 25 juli 2019 met 40,4°C)
Late hittegolven (die eind augustus of in september beginnen) komen in België niet zoveel voor. Enkele voorbeelden zijn de jaren 1906, 1911, 1919, 1929, 1947, 2016 en 2019. In 1947 eindigde de 10-dagen durende hittegolf pas op 20 september. De hoogste temperatuur stond 72 jaar lang op datum van 27 juni 1947 toen het in Ukkel 36,6 °C werd. Dit record werd op 24 juli 2019 verbroken, er werd toen 40,7 °C gemeten. (40,4° C. in Wichelen). In 2020 werd tussen 6 en 13 augustus de warmste week ooit in België gemeten; met een gemiddelde maximumtemperatuur van 33,3 °C. Dit was het resultaat van 8 dagen op rij een temperatuur boven de 30 °C, ook dit was nooit eerder voorgekomen.