Maart was koud. De gemiddelde temperatuur was 5,3°C tegen normaal 6,8 °C. Daarmee was maart nog een echte wintermaand die 1,5 graad kouder verliep dan het gemiddelde.
De maand begon met vorst. Op 2 maart kwam het kwik ook overdag niet boven het vriespunt. Normaal gebeurt dit in maart niet meer. De harde oostenwind maakte de gevoelstemperatuur zelfs nog lager, rond -10°C. De laagste temperatuur werd op 1 maart bereikt met -6,8 graden°C. In totaal telde maart 5 vorstdagen.
In de tweede decade werd zachte lucht onze kant op gevoerd. De temperatuur liep op 11 maart op tot 16,3°C, de hoogste temperatuur deze maand. Het laatste deel van de maand kwam de temperatuur iets onder of rond het langjarig gemiddeld uit. Eind maart wordt voor Wichelen het koudegetal bepaald, een maat voor de koude in het tijdvak november tot en met maart. Dit Hellmanngetal bedroeg 28,8. Hiermee komt deze periode in de categorie van ‘normale winters’.
Er viel de afgelopen maand 78 millimeter neerslag, iets meer dan de normale hoeveelheid van 63 millimeter. Het regende op 17 dagen van de 31. De periode van 7 tot en met 11 maart was uitzonderlijk nat met zo’n 35 millimeter neerslag op 5 dagen. Met 4,1 meter per seconde was gemiddelde windsnelheid perfect normaal voor maart. De zon scheen wel met 88 uur een stuk minder dan de normale 124 uur.